SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
7 décembre 2009 7 december 2009
________________
Question écrite n° 4-5276 Schriftelijke vraag nr. 4-5276

de Louis Ide (Indépendant)

van Louis Ide (Onafhankelijke)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________________
SIDA - Suivi des patients à l'étranger - Agrément du centre de référence de Bruges AIDS - Opvolging van patiënten in het buitenland - Erkenning van het referentiecentrum te Brugge 
________________
sida
aids
________ ________
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-4437 Réintroduction de : question écrite 4-4437
________ ________
Question n° 4-5276 du 7 décembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-5276 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

En Belgique, les soins VIH sont – à juste titre - centralisés dans un certain nombre de centres de référence SIDA, lesquels sont souvent couplés à un laboratoire de référence SIDA. La Flandre compte quatre centres de référence SIDA agréés : l'ITG Antwerpen, la KULeuven, l'UZ Gent et l'UZ VUB. Leuven a une consultation à Genk.

Selon mes informations, de nombreux patients VIH flamands se rendent également en consultation à Tourcoing (principalement des habitants de Flandre occidentale). Je ne dispose toutefois pas de chiffres objectifs en la matière. Le même phénomène se produit peut-être également dans d'autres régions frontalières, mais je suis mieux informé du cas de la Flandre occidentale.

Historiquement, de nombreux patients VIH sont également suivis à Bruges (environ 220 à l'heure actuelle, ainsi qu'une quarantaine de patients supplémentaires suivis par Bruges à d'autres endroits). Ainsi, l'AZ Sint-Jan Brugge suit plus de la moitié du nombre cumulatif de patients VIH enregistrés en Flandre occidentale. À l'époque, l'agrément n'a jamais été demandé parce que l'on ne satisfaisait pas aux exigences (plus de 50 patients, psychologue, infirmière, diététicienne), mais depuis quelques années, on répond effectivement à ces exigences. C'est pourquoi l'agrément a été demandé en 2006.

1. La ministre peut-elle communiquer des chiffres relatifs au nombre de Belges, Flamands, Wallons et Bruxellois qui reçoivent des soins VIH à l'étranger ? Si non, a-t-elle l'intention d'en faire la cartographie (peut être intéressant), également par centre (à l'étranger) ?

2. Malgré un nombre suffisant de patients VIH, le centre et le laboratoire de référence de Bruges n'est provisoirement pas agréé (depuis 2006) ? Quelle en est la raison ? La ministre n'envisage-t-elle pas une adaptation et, partant, un agrément?

 

De HIV zorg in België is - terecht - gecentraliseerd in een aantal ARC's (AIDS referentiecentra) die meestal gekoppeld zijn aan een ARL (AIDS referentie laboratorium). In Vlaanderen zijn er 4 erkende ARC's: ITG Antwerpen, KULeuven, UZ Gent, UZ VUB. Leuven heeft een consultfunctie in Genk.

Volgens mijn informatie gaan ook heel wat Vlaamse HIV-patiënten op consultatie in Tourcoing (voornamelijk West-Vlamingen). Doch ik heb daar geen objectieve cijfers voor. Misschien doet hetzelfde fenomeen in andere grensstreken zich ook voor, doch de West-Vlaamse casus is me het meest bekend.

Historisch wordt ook een vrij grote cohort HIV patiënten in Brugge gevolgd (momenteel ongeveer 220, met nog een veertigtal bijkomende patiënten die door Brugge op andere locaties worden gevolgd). Hiermee volgt AZ Sint-Jan Brugge meer dan de helft van het cumulatief aantal geregistreerde HIV patiënten in West-Vlaanderen. De erkenning is in de tijd nooit aangevraagd omdat toen niet aan de eisen werd voldaan (> 50 patiënten, psycholoog, verpleegster, diëtiste), doch sinds enkele jaren voldoet men er wel aan. Daarom werd de erkenning aangevraagd in 2006.

1. Kan de geachte minister cijfers geven over de aantallen Belgen, Vlamingen, Walen, Brusselaars die HIV-zorg opzoeken in het buitenland? Zo neen, is zij van plan dit in kaart te brengen (kan immer interessant zijn), ook per centrum (in het buitenland)?

2. Ondanks een voldoend aantal HIV-patiënten wordt het ARL-ARC in Brugge voorlopig (sinds 2006) niet erkend? Wat is de rationale daarvoor? Overweegt de minister geen aanpassing en bijgevolg een erkenning?