SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
12 janvier 2009 12 januari 2009
________________
Question écrite n° 4-2303 Schriftelijke vraag nr. 4-2303

de Louis Ide (Indépendant)

van Louis Ide (Onafhankelijke)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
________________
INAMI - Audiciens - Fourniture d’appareillages - Dépenses en 2007 et durant le premier semestre de 2008 RIZIV- Audiciens - Levering van toestellen - Uitgaven in 2007 en het eerste semester van 2008 
________________
Institut national d'assurance maladie-invalidité
profession paramédicale
matériel médical
statistique officielle
répartition géographique
coût de la santé
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering
paramedisch beroep
medisch en chirurgisch materiaal
officiële statistiek
geografische spreiding
kosten voor gezondheidszorg
________ ________
12/1/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
26/3/2009Antwoord
12/1/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
26/3/2009Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-1537 Réintroduction de : question écrite 4-1537
________ ________
Question n° 4-2303 du 12 janvier 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-2303 d.d. 12 januari 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

J’ai déjà posé une question à ce sujet, à savoir la question écrite nº 4-544. Cette question a fait l’objet d’une réponse indiquant que les chiffres pour 2007 n’étaient pas encore disponibles à ce moment. Quelques mois s’étant écoulés depuis lors, je suppose que ces chiffres sont à présent disponibles.

C’est pourquoi j’aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes. Je souhaiterais disposer de chiffres bruts, c’est-à-dire non standardisés. C’est important pour pouvoir suivre l’évolution dans le temps. Lorsque l’INAMI standardise les données, je ne puis plus effectuer de comparaison avec les années précédentes. En cas de standardisation, on doit du reste être attentif aux facteurs pouvant être pris en compte.

1. À combien se sont élevées les dépenses générales consenties en Flandre, en Wallonie et à Bruxelles, en 2007 et durant le premier semestre de 2008, pour des appareillages correspondant aux numéros de nomenclature 679151, 679195, 679232, 679276, 679313 et 679350, fournis par des audiciens à des patients de moins de 18 ans ? Ces chiffres peuvent-ils être ventilés entre les bénéficiaires sans régime préférentiel et les bénéficiaires avec régime préférentiel ?

2. À combien se sont élevées les dépenses générales consenties en Flandre, en Wallonie et à Bruxelles, en 2007 et durant le premier semestre de 2008, pour des appareillages correspondant aux numéros de nomenclature 679070, 679114, 679136, 679173, 679210, 679254, 679291, 679335, 679372 et 679394, fournis par des audiciens à des patients de plus de 18 ans ? Ces chiffres peuvent-ils être ventilés entre les bénéficiaires sans régime préférentiel et les bénéficiaires avec régime préférentiel ?

 

Over dit onderwerp stelde ik reeds een vraag, namelijk schriftelijke vraag nr. 4-544. Deze vraag werd beantwoord en in dat antwoord stond te lezen dat de cijfers voor 2007 op dat moment nog niet beschikbaar waren. Vermits we intussen enkele maanden verder zijn, veronderstel ik dat die cijfers nu wel beschikbaar zijn.

Daarom had ik graag een antwoord gekregen op volgende vragen. Graag had ik brute cijfers gekregen, dat wil zeggen niet-gestandaardiseerde. Dit is van belang om de evolutie in de tijd te kunnen volgen. Wanneer het RIZIV zou gaan standaardiseren kan ik niet meer vergelijken met voorgaande jaren. Bij standaardisatie moet men trouwens ook opletten welke factoren er in rekening gebracht kunnen worden.

1. Hoeveel bedroegen de algemene uitgaven in 2007 en het eerste semester van 2008 voor toestellen voor audiciens in Vlaanderen, Wallonië, Brussel voor patiënten jonger dan 18 jaar opgesplitst naar rechthebbenden zonder voorkeursregeling, met voorkeursregeling, voor de respectievelijke nomenclatuurnummers 679151, 679195, 679232, 679276, 679313, 679350?

2. Hoeveel bedroegen de algemene uitgaven in 2007 en het eerste semester van 2008 voor toestellen voor audiciens in Vlaanderen, Wallonië, Brussel voor patiënten ouder dan 18 jaar opgesplitst naar rechthebbenden zonder voorkeursregeling, met voorkeursregeling, voor de respectievelijke nomenclatuurnummers 679070, 679114, 679136, 679173, 679210, 679254, 679291, 679335, 679372, 679394?

 
Réponse reçue le 26 mars 2009 : Antwoord ontvangen op 26 maart 2009 :

Veuillez trouver ci-dessous les réponses à votre question. Il s'agit de données comptables.

1.




2.




Dépenses, cas et coûts régionaux par bénéficiaire

Les dépenses, cas et coûts régionaux par bénéficiaire qui sont communiqués ici sont des dépenses, cas et coûts régionaux non-standardisés. Ils sont obtenus en divisant simplement les dépenses pour une certaine région par le nombre d'assurés d'une région déterminée.

Ces dépenses, cas et coûts régionaux non-standardisés ne tiennent pas compte des éventuelles caractéristiques spécifiques d'une région déterminée concernant :

- la structure d'âge et le sexe ;

- la présence d'assurés ayant un régime préférentiel ;

- la présence d'actifs, d'invalides, veuves et orphelins, (le soi-disant état social).

Ces remarques spécifiques pour une certaine région constitueront une source de différences avec les dépenses, cas et coûts des autres régions mais ces différences doivent être objectivées avec les caractéristiques spécifiques de ces régions déterminées.

Pour cette raison, il vaut mieux utiliser des dépenses, cas et coûts régionaux standardisés. On effectue alors une standardisation sur la base de l'âge, du sexe, de l'état social et du régime préférentiel. Lors de la comparaison des dépenses, cas et coûts régionaux standardisés, on tient donc effectivement compte des caractéristiques spécifiques d'une région déterminée et de cette manière la comparaison avec les autres régions est plus correcte et plus homogène. Les caractéristiques spécifiques d'une certaine région (sur le plan de l'âge, du sexe, ...) ne seront plus à l'origine de différences avec les autres régions.

L'Institut national d'assurance maladie-invalidité (INAMI) s'attèle actuellement à standardiser les données de dépenses pour l'année 2006 sur la base de l'âge, du sexe et du statut social (y compris le régime préférentiel) et soumettra un rapport à ce sujet au Conseil général pour le premier semestre 2009 et fera ensuite un rapport annuel.

Gelieve hierna de antwoorden te willen vinden op de door u gestelde vragen.

Het gaat om geboekte gegevens

1.




2.




Regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen per rechthebbende.

De regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen per rechthebbende die hier meegedeeld worden zijn niet-gestandaardiseerde regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen. Deze worden bekomen door de eenvoudige deling van de uitgaven voor een bepaalde regio door het aantal verzekerden van een bepaalde regio.

Deze niet-gestandaardiseerde regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen houden geen rekening met de mogelijke specifieke kenmerken van een bepaalde regio met betrekking tot:

- de leeftijdstructuur en geslacht ;

- de aanwezigheid van verzekerden met de voorkeurregeling ;

- de aanwezigheid van aktieven, invaliden, weduwen en wezen (de zogenaamde sociale stand).

Deze specifieke kenmerken voor een bepaalde regio zullen een bron vormen van verschillen met de uitgaven, gevallen en kostprijzen van andere regio’s, maar deze verschillen zijn te objectiveren door die specifieke kenmerken van die bepaalde regio’s.

Vandaar dat het beter is om te werken met gestandaardiseerde regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen. Er wordt dan een standaardisering doorgevoerd op basis van leeftijd, geslacht, sociale stand en voorkeurregeling. Bij de vergelijking van gestandaardiseerde uitgaven, gevallen en regionale kostprijzen houdt men dus wel rekening met specifieke kenmerken van een bepaalde regio, en op die manier wordt de vergelijking met andere regio’s homogener en correcter. De specifieke kenmerken van een bepaalde regio (op het gebied van leeftijd, geslacht, ...) zullen dan niet meer aan de oorzaak liggen van verschillen met andere regio’s.

Het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) werkt momenteel aan een standaardisering van de uitgavengegevens voor het jaar 2006 op basis van leeftijd, geslacht en sociaal statuut (inclusief voorkeurregeling) en zal hierover een rapport voorleggen aan de Algemene Raad in de loop van het eerste semester 2009, en vervolgens jaarlijks rapporteren.