SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2007-2008 Zitting 2007-2008
________________
23 juillet 2008 23 juli 2008
________________
Question écrite n° 4-1256 Schriftelijke vraag nr. 4-1256

de Louis Ide (CD&V N-VA)

van Louis Ide (CD&V N-VA)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
________________
Contingentement des kinésithérapeutes - SPF Santé publique - Étude Contingentering van kinesitherapeuten - FOD Volksgezondheid - Studie 
________________
profession paramédicale
assurance maladie
étude d'impact
accès à la profession
base de données
sélection des élèves
paramedisch beroep
ziekteverzekering
impactonderzoek
toegang tot het beroepsleven
gegevensbank
leerlingenselectie
________ ________
23/7/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 22/8/2008)
6/11/2008Antwoord
23/7/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 22/8/2008)
6/11/2008Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 4-407 Requalification de : demande d'explications 4-407
________ ________
Question n° 4-1256 du 23 juillet 2008 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-1256 d.d. 23 juli 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Depuis 2005, un contingentement est instauré pour les kinésithérapeutes. Chaque année, parmi ce groupe cible, seul un nombre limité de nouveaux diplômés peut entrer en ligne de compte pour un agrément en vue d’effectuer des prestations de kinésithérapie remboursées par l’assurance maladie-invalidité. S’il y a trop de candidats désireux d’obtenir un tel numéro INAMI, on organise un concours fédéral. Étant donné qu’en l’occurrence, on n’organise pas d’examen d’entrée, un tel concours fédéral est inévitable. Il est manifeste qu’on applique deux poids deux mesures : alors que le contingentement pour les médecins et dentistes s’avère très souple et autorise des adaptations, celui pour les kinésithérapeutes est très rigide. Il s’ensuit que, chaque année, une centaine de nouveaux diplômés s’entendent dire qu’ils ont gaspillé quelques années à des études « inutiles ». On peut d’ailleurs se demander pourquoi on n’organise un examen de fin d’études que pour les kinésithérapeutes, et pourquoi on n’a pas aussi instauré ce régime pour les médecins et les dentistes en même temps que le contingentement.

De plus, on peut s’interroger sur l’utilité d’un contingentement pour les kinésithérapeutes. Le vieillissement de la population entraînera une demande croissante de kinésithérapeutes. C’est d’ailleurs amplement démontré par différentes études. L’étude de Pacolet (KU Leuven) de 2005 aboutit à la conclusion que le vieillissement de la population et la féminisation de la profession pourraient engendrer une pénurie de kinésithérapeutes dans le futur. Ceci est confirmé par l’étude de Stappaerts de 2006. Selon ces deux professeurs, la nécessité d’un contingentement pour les kinésithérapeutes n’est pas suffisamment démontrée. Ils invoquent comme principal argument la nécessité d’un cadastre pour parvenir à des chiffres objectifs.

Toutefois, ces études ne sont pas les seules à s’intéresser à ce problème. Le SPF Santé publique a également demandé une étude à ce sujet, laquelle a été effectuée par le bureau M.A.S. de Louvain.

Je souhaiterais poser les questions suivantes :

1. La ministre peut-elle déjà nous communiquer les conclusions de ces études ?

2. Peut-elle me faire transmettre l’étude dans son intégralité ?

 

Sinds 2005 is een contingentering voor de kinesitherapeuten in werking. Jaarlijks komen er van deze doelgroep slechts een beperkt aantal afgestudeerden in aanmerking die kunnen erkend worden voor het leveren van kinesitherapeutische prestaties die door de ziekte- en invaliditeitsverzekering voor terugbetaling in aanmerking komen. Indien er teveel kandidaten zijn voor zo’n RIZIV-nummer, wordt een federaal vergelijkend examen ingericht. Vermits hier geen ingangsexamen georganiseerd wordt, is zo’n federaal vergelijkend examen niet te vermijden. Hier blijkt duidelijk dat er met twee maten en twee gewichten wordt gewerkt: daar waar de contingentering voor artsen en tandartsen heel flexibel blijkt en voor aanpassingen open staat, is deze voor de kinesitherapeuten strak en rigide. Het gevolg is dat jaarlijks een honderdtal afgestudeerden te horen krijgen dat ze enkele jaren verspild hebben aan “nutteloze” studies. Je kan je trouwens de vraag stellen waarom er enkel voor kinesitherapeuten een uitgangsexamen georganiseerd wordt, en waarom men die regeling samen met het invoeren van de contingentering ook niet heeft ingevoerd voor artsen en tandartsen.

Bovendien kan men zich de vraag stellen naar het nut van een contingentering voor kinesitherapeuten. Met de aankomende vergrijzing zal dit een beroepsgroep zijn waar er steeds meer van nodig zijn. Dit wordt trouwens uitvoerig bewezen door verschillende studies. De studie van Pacolet (KU Leuven) uit 2005 komt tot de conclusie dat er gezien de vergrijzing van de bevolking en de feminisering van het beroep in de toekomst wel een tekort zou kunnen zijn. De studie van Stappaerts uit 2006 bevestigt dit. Volgens beide professoren is er onvoldoende evidentie dat een contingentering voor kinesitherapeuten nodig is. Als belangrijkste argument halen ze aan dat er nood is aan een kadaster om tot objectieve cijfers te komen.

Deze studies zijn echter niet de enige studies die hier aandacht aan besteden. Ook de FOD Volksgezondheid bestelde een studie hierover. Deze werd uitgevoerd door MAS in Leuven.

Hierover had ik volgende vragen:

1. Kan de geachte minister alvast de conclusies van die studies geven?

2. Kan ze me de integrale studie laten bezorgen?

 
Réponse reçue le 6 novembre 2008 : Antwoord ontvangen op 6 november 2008 :

1. Les conclusions de l’étude MAS sont données dans l’annexe « Executive Summary Kinés-FR.doc ».

2. L’étude intégrale de l’Enquête MAS se trouve dans le document en annexe intitulé Eindrapport bevraging beroepsgroep Kinesitherapeuten.

Conclusion: Les résultats de cette étude seront utilisés, comme prévu, dans le plan pluriannuel :

a) pour la réalisation de nouvelles simulations du modèle « Kinésithérapie » ;

b) la Commission de planification de l’offre médicale a déjà mis en place un groupe de travail pour déterminer les implications de cette étude pour le contingentement.

1. De conclusies van de studie MAS zijn in de bijlage « Executive Summary Kinés-Nl. doc » gegeven.

2. U kan de integrale studie MAS in bijlage Eindrapport bevraging beroepsgroep Kinesitherapeuten vinden.

Conclusie: De resultaten van deze studie zullen gebruikt worden, zoals voorzien in het meerjarenplan:

a) voor de realisatie van nieuwe simulaties voor het model, toegepast op de kinesitherapeuten;

b) de planningscommissie van het medisch aanbod heeft reeds een werkgroep samengesteld die nagaat welke de implicaties van deze studie zijn op de contingentering.