Donderdag 12 januari 2006

Wettelijk statuut voor bemiddelaars in bankzaken

Via internet en direct marketing snoepen sommige banken stelselmatig klanten af van hun eigen agenten. Voor begoede klanten reserveren ze zelfs 'private banking'.

Toch heeft de consument belang bij meer concurrentie en vergelijkbaarheid. Zo kan een tussenpersoon die niet-exclusief werkt, wellicht beter rekening houden met het beleggingsprofiel van zijn klant en hem daarom producten aanbieden van verschillende kredietinstellingen. Hij treedt dan niet meer op als agent, maar als makelaar.

Voor dergelijke bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten bestaat echter nog geen wettelijk statuut. Met zijn wetsvoorstel (wetgevingsdossier 3-377) wil senator Luc WILLEMS (VLD) een wettelijk statuut instellen en meteen ook een aantal beveiligingen inbouwen. Voor de consument is er alvast een eenvoudige geschillenregeling in het vooruitzicht gesteld.

Volgens het wetsvoorstel moet men kiezen tussen het statuut van bankmakelaar (die werkt met meerdere banken) en dat van bankagent (die werkt voor één bank). Cumulatie met het statuut van verzekeringstussenpersoon is mogelijk. Men kan daarentegen niet tegelijk bankmakelaar en bankagent zijn.

Zowel bankmakelaars als bankagenten moeten zijn ingeschreven bij de toezicht houdende Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen onder de voorwaarden bepaald bij Koninklijk Besluit. In het belang van de consument worden de lijsten van geregistreerde bankagenten en bankmakelaars bekendgemaakt op een website.

Van bankagenten en bankmakelaars worden beroepskennis, financiële draagkracht, betrouwbaarheid én het afsluiten van een beroepsaansprakelijkheidsverzekering vereist. Bovendien wordt gezorgd voor de nodige financiële tussenschotten tussen klant en makelaar. In tegenstelling tot bankagenten kunnen bankmakelaars trouwens uitsluitend giraal werken.

Op donderdag 12 januari 2006 werd het wetsvoorstel unaniem goedgekeurd door de Senaat.


Voor meer informatie : Communicatiedienst van de Senaat :